Femke Bol gaat naar buiten, incourant nummer op Curaçao

Voor Femke Bol begint het buitenseizoen zondag in Curaçao. De atlete uit Amersoort loopt daar een incourant nummer dat als tussendoortje kan worden gezien voor de belangrijke WK estafette een week later op de Bahama’s. Op dat WK zijn voor de Nederlandse estafetteteams olympische tickets te verdienen voor Parijs.  Bol zal sowieso op de Spelen in actie komen, maar zal naast haar individuele 400 meter horden graag in teamverband strijden om medailles.

Nederland is bij de vrouwen de wereldkampioen op de 4x400 meter en wanneer het oranje kwartet zich kwalificeert zijn er goede olympische medaillekansen. Momenteel zitten verschillende Nederlandse atleten in een trainingskamp op het zonovergoten Curaçao. Daar werken ze zich met veel plezier in het zweet. Churanda Martina en Liemarvin Bonevacia zijn Nederlandse atleten met Antilliaanse roots en zullen zich ook op het eiland in een wedstrijd laten zien.

Voor de 24-jarige Femke Bol begint na de WK estafette de echte voorbereiding naar Parijs. In eigen land zal ze op 7 juli te zien zijn tijdens de FBK Games in Hengelo. Verder loopt ze de komende maanden diverse wedstrijden van de Diamond League, het topcircuit waarin ze al ruim twee jaar ongeslagen is. De laatste wedstrijd voor Parijs is op 20 juli in Londen, een stad waar Bol goede herinneringen aan bewaart. Vorig jaar liep ze daar haar eigen toptijd, dat tevens te boek staat als het Europees record: 51,45.

Het wereldrecord staat op 50,68 en is in handen van Sydney McLaughlin. Of de Amerikaanse in Parijs de horden gaat lopen is echter nog niet zeker. Onlangs maakte McLaughlin voor het eerst sinds maanden weer haar opwachting in een estafetteteam.

Behalve op de 4x400 meter – mannen, vrouwen en gemengd – hoopt Nederland zich op de Bahama’s ook te kwalificeren op de 4x100 meter met onder meer de Utrechtse N’ketia Seedo.

Vorige
Vorige

Nienke Vinke maakt in La Vuelta Femenina debuut in grote ronde

Volgende
Volgende

‘Sociaal veilig sportklimaat moet hoog op de agenda staan’