Hockeyers verliezen EK-finale tegen Duitsland na shoot-outs

Geen drie op een rij voor de Nederlandse hockeyers. De mannen van coach Jeroen Delmee zagen de Europese titel in de handen van Duitsland belanden, dat na de 1-1 in de reguliere speeltijd veel scherper was bij de shoot-outs. Oranje was de regerend Europees kampioen en had ook het EK daarvoor naar zijn hand gezet, maar ditmaal haperde het belangrijkste wapen. De ene na de andere strafcorner van specialist Jip Janssen werd onschadelijk gemaakt.

En uitgerekend dat er wel gescoord werd uit de strafcorner zat de goalgetter  van Kampong op de bank. Tijmen Reyenga verving hem perfect en bracht Nederland aan de leiding. Dat was verdiend want vanaf het begin had Oranje het initiatief. De ploeg liet zich in Mönchengladbach niet intimideren door de fanatieke ambiance en legde beter veldspel op de mat, al hadden de Duitsers wel twee strafcorners verprutst. De Duitse doelman  Jean-Paul Danneberg bleek na de openingstreffer voortdurend een sta-in-de-weg. Hij voorkwam dat Nederland verder uitliep. Sterker, tegen de verhouding in kwam Duitsland op gelijke hoogte. In het laatste kwart miste Kampong-speler Terrance Pieters nog een dot van een kans.

Shoot-outs moesten de beslissing brengen, net als een jaar eerder op de Olympische Spelen in Parijs waar Nederland aan het langste eind had getrokken. Nu waren de rollen van meet af aan omgedraaid. Na twee missers zat Duitsland in een zetel en hoewel Jansen wel de strafbal benutte nadat Thierry Brinkman bij zijn shoot-out onreglementair was gestuit, kon het tij niet gekeerd worden. Duitsland benutte alle pogingen en kreeg zijn revanche.