Triatleet Goené derde van Europa met team Hellas, sterkste met VZC en individueel cross-kampioen
Lucas Goené (vooraan) doet aan duatlon, triatlon en komt ook uit op de cross triatlon.
Foto: Christie Brouwer
Lucas en Victor Goené zijn twee Veenendaalse broers die beiden aan triatlon doen. Ze komen samen uit voor landskampioen VZC Veenendaal, maar gaan ook hun eigen route. Zo maakt Lucas, met succes, regelmatig een uitstapje naar crosstriatlon. Lucas Goené maakt voor de Utrechtse Sportkrant de balans van 2025 op. ‘Januari, februari en maart was het vooral trainen, trainen en nog eens trainen. Dan draait het om trainingsuren maken, niet heel intensief, wel heel lang.’ Anderhalf uur zwemmen, vier uur fietsen, lang lopen. Meestal in een rustig tempo. Daarmee leg ik de basis om vervolgens de intensieve training aan te kunnen en klaar te zijn voor het nieuwe seizoen. Een deel doe ik individueel en een deel samen met de trainingsgroep LABC Triatlon uit Utrecht. Die trainingsgroep bestaat uit zo’n twintig topatleten.’
‘In april kwamen de eerste wedstrijden. Dan komt er ook meer focus op de wedstrijden die op de agenda staan. Ik begin vaak met een wereldbekerwedstrijd in Noord Frankrijk, de Triatlon World Cup Liévin. Dat is een indoorwedstrijd op een baantje van 200m lengte en een zwembad op het middenterrein. We doen daar series met 200m zwemmen, 4km fietsen en 1 km hardlopen. Dat betekent een kwartiertje vlammen en dan weer wachten. Om in de finale te komen heb je die series drie of vier keer gedaan. Bij die finales zitten wel 3500 toeschouwers rond de baan. Dat is vooral een leuk evenement en een prettige warming-up voor het seizoen. Daarna volgen de crosstriatlon- en de wegwedstrijden. Die crosstriatlon bestaat uit zwemmen, mountainbiken en trailrunnen, de wegwedstrijden uit zwemmen, wielrennen en hardlopen op de weg. Het is mijn keus om dat allebei te doen en ik moet zelf proberen daar een optimale verdeling in te maken. De wedstrijden die voor klassementen tellen zijn niet echt op elkaar afgestemd, dus mijn uitdaging is een balans vinden tussen weg en cross. Het wedstrijdseizoen loop van april tot en met oktober. Bovendien pak ik nog wel eens een mountainbikewedstrijd mee, of in de wintermaanden een veldrit.’
Internationaal
In het voorjaar deed Goené mee aan serieuze wedstrijden. ‘Bovendien ben ik toen naar Soest verhuisd. In Griekenland deed ik mee aan een wereldbekerwedstrijd, in mei was er zo’n wedstrijd in Engeland. Daarna volgde de voorbereiding op het NK Sprint Triatlon in Steijn. In het begin zat ik dicht bij de kopgroep, maar met het lopen zakte ik er doorheen. Ik werd 28e, niet het resultaat waar ik voor was gestart.’
In juli deed hij met een team van Hellas mee aan het Europees Mixed Relay Club Championships in het Poolse Elblag. ‘We werden daar op dit onderdeel de derde club van Europa. Na die wedstrijd heb ik me volledig gericht op het NK Cross Triatlon, dat eind augustus plaats vond. Mijn voorbereidingswedstrijd in Duitsland moest ik vanwege materiaalpech staken.’
Agenda
‘Het NK Cross werd in Renkum gehouden. Ik kwam uit op het onderdeel NK Kwart crosstriatlon individueel. Daar pakte ik de Nederlandse titel. Bij het zwemmen had ik al een minuut voorsprong, maar die voorsprong ging bij het fietsen verloren. Tijdens het hardlopen kon ik na anderhalve kilometer toch nog versnellen en daarna heb ik niemand meer gezien. Met een kleine minuut bleef ik de nummer twee, Evert Scheltinga, ruim voor. Na de huldiging, met kampioenstrui en Wilhelmus, moest ik direct in de auto naar Klazienaveen, waar ik met VZC nog een teamwedstrijd op het programma had staan. We waren toen nog steeds in de race voor het landskampioenschap en bij dit onderdeel, de relay, moet je echt met z’n vieren zijn. De ploeg had al mijn spullen al meegenomen, ik moest zorgen dat ik op tijd bij de start was. Uiteindelijk werden we met het team derde en bleven we in de race voor de titel. Die titel hebben we in Hulst veilig gesteld. VZC won deze wedstrijd en daardoor waren we opnieuw kampioen van Nederland. Het was onze derde landstitel.’
‘De laatste belangrijke wedstrijd van het seizoen was het NK Cross Duathlon, op 19 oktober in Oss. Bij de duathlon mis ik mijn favoriete onderdeel, het zwemmen, maar uiteindelijk haalde ik daar toch het podium met een derde plaats bij de Elite.’
Waterpolo
‘Dat zwemmen mijn favoriete onderdeel is, is niet vreemd. Na het behalen van mijn zwemdiploma’s volgde ik het AquaFun programma bij VZC. Mijn broer Victor speelde waterpolo en dat wilde ik ook. Als we bij hem gingen kijken, kreeg ik het altijd warm, dus wilde ik zelf het water in. Ik heb tot mijn zeventiende jaar gewaterpolood. In die periode ben ik ook gaan fietsen, vooral op de mountainbike, bij AXA Valleirenners. Op maandag, woensdag en vrijdag had ik dan polotraining, op dinsdag en donderdag fietstraining en op zaterdagmorgen de mountainbike.’
‘Toen onze moeder in 2014 meedeed aan een trio-triatlon wisten Victor en ik, dat wij een jaar later ook mee wilden doen. Ik kreeg leeftijdsdispensatie en in 2015 deed ik mee aan mijn eerste triatlon. Ik heb triatlon een paar jaar gecombineerd met waterpolo, maar in 2018 heb ik de keus gemaakt om me volledig op triatlon te richten. Ik kon al zwemmen en fietsen, toen kwam daar de looptraining bij. Bovendien ging ik me serieus voorbereiden op wedstrijden. Als het kon verkende ik het parcours, keek op Google Maps, bekeek zo mogelijk video’s van vorige wedstrijden en bestudeerde hoogtekaartjes. In de periode 2018-2020 kwam ik uit bij de junioren, tussen 2021 en 2024 bij ‘onder-23’ en sinds 2025 behoor ik in de categorie Elite. Mijn hoogtepunten waren een tweede plaats op het EK onder 23 jaar en vijfde bij de Elite, in Portugal. Goud op het EK bij de junioren in 2019 en de NK-titel van dit jaar: dan mag je je de beste van het land noemen.’
Top-Tien
‘Dieptepunten waren er ook. Wedstrijden die niet lopen en waar ik laatste werd. Of een sleutelbeenbreuk, midden in het seizoen. Dat overkwam me in de zomer van 2022. Maar dieptepunten horen ook bij de sport. Je kunt niet een jaar lang pieken, want dan is het een vlakke race. Dus werk je toe naar hoogtepunten. Een absoluut hoogtepunt is voor de meeste sporters deelname aan de Olympische Spelen, ook voor mij. Maar daar zijn zo weinig plekken beschikbaar, dat wordt een lastige opgave. Maar niet onmogelijk. Voor komend jaar richt ik me op deelname aan het WK Elite en meer wedstrijden op wereldniveau. En een top-tien plek op het WK Cross zou ik ook heel gaaf vinden.’
‘Wat ik nog niet heb verteld? Ik heb een baan als Business Automation engineer bij een apothekersorganisatie heb. Ik werk 32 uur per week, maar mijn werkgever houdt rekening met mijn activiteiten. En toen ik mijn kampioenstrui mee naar het werk nam, was daar zeker even aandacht voor. Ik zit ook in de Atletencommissie van de triatlonbond, samen met vijf andere atleten en ik heb mijn Master Informatica. Kortom, je mag me een bezig baasje noemen. Gelukkig is mijn vriendin ook actief in de triatlonsport, dus die begrijpt heel goed wat me drijft.’
